Onderhoud en reiniging

Reinig de behuizing van de zuiger af te toe met een vochtige doek.

Reinig vervuilde laadcontacten met een droge doek.

Ten minste één keer per jaar moet een stoftechnische controle van de zuiger door de fabrikant of een geïnstrueerde persoon worden uitgevoerd (bijv. filter op beschadigingen, stofzuiger op dichtheid en controlevoorzieningen op correct functioneren controleren).

  • Beschouw alle onderdelen die met schadelijk stof in aanraking kunnen zijn gekomen, als verontreinigd.
  • Zuig, wis of dicht de buitenkant van de zuiger grondig af, voordat u deze uit een zone met schadelijk stof wegpakt.
  • Reinig, demonteer en onderhoud de zuiger alleen wanneer dit zonder risico voor u en andere personen mogelijk is. Draag tijdens het onderhoud en de reiniging persoonlijke beschermingsmiddelen. Voer de werkzaamheden in een goed geventileerde ruimte uit.
  • Reinig eerst de buitenkant van de zuiger voordat u deze demonteert.
  • Alle onderdelen van de zuiger die niet naar tevredenheid kunnen worden gereinigd, dienen in ondoorlatende zakken te worden afgevoerd. Neem daarbij goed nota van de geldende voorschriften voor het afvoeren van dergelijk afval.
  • Reinig na voltooiing van de werkzaamheden het gebied waar het onderhoud werd uitgevoerd.

Reinig het reservoir (1) na elk gebruik om de optimale prestaties van de zuiger te behouden.

  • Open de sluitingen (2) en pak het bovenstuk van de zuiger (5) af.
  • Schud het reservoir (1) boven een geschikte afvalbak uit.
  • Indien nodig reinigt u het reservoir met een vochtige doek.
    Indien nodig, reinigt u de filter zie Filter reinigen/verwisselen (zie afbeeldingen I1I2).
  • Breng het bovenstuk van de zuiger (5) weer aan en sluit de sluitingen (2).

De zuigcapaciteit is afhankelijk van de filtertoestand. Reinig daarom de filter regelmatig.

Verwissel een beschadigde filter direct.

  • Open de sluitingen (2) en verwijder het bovenstuk van de zuiger (5).
  • Draai de filter (33) tot aan de aanslag in draairichting en neem deze van de filterhouder (35).
  • Filter droog:
    Klop de filter (33) bij een geschikte afvalbak uit. Let erop dat u de lamellen van de filter niet beschadigt.
    Om de maximale zuigkracht te behouden, borstelt u de lamellen van de filter met een zachte borstel af.
    of
    Filter nat:
    Spoel de filter (33) onder stromend water uit en laat deze daarna goed drogen.
    of
    Verwissel een beschadigde filter (33).
  • Steek de filter (33) over de filterhouder (35) en draai deze tot aan de aanslag in draairichting .
  • Breng het bovenstuk van de zuiger (5) weer aan en sluit de sluitingen (2).
    Zorg ervoor dat de sluitingen goed vastklikken.

Controleer bij onvoldoende zuigcapaciteit:

Regelmatig leegmaken van het reservoir (1) en reinigen van de filter (33) garanderen een optimale zuigcapaciteit.
Worden de zuigprestaties daarna niet bereikt, neem dan contact op met de Bosch-klantenservice.

  • Steek de zuigbuizen (18) in de houders (25).
  • Steek de spleetzuigmond (16) in een zuigbuis (18).
  • Steek de vloerzuigmond (17) in de houder (27).
  • Rol de zuigslang (13) van onderaf om de houder (27) en bevestig de vasthoudlus (36).
  • Draag de zuiger alleen aan de draaggreep (6) of aan de draagriem (indien beschikbaar).
  • Zet de zuiger in een droge ruimte en beveilig deze tegen gebruik door onbevoegden.