Energievoorziening meetgereedschap
Het meetgereedschap kan met in de handel verkrijgbare batterijen of met een Bosch lithiumionaccu worden gebruikt.
- Gebruik alleen de in de technische gegevens vermelde oplaadapparaten. Alleen deze oplaadapparaten zijn afgestemd op de Li-Ion-accu die bij uw meetgereedschap moet worden gebruikt.
Aanwijzing: lithium-ion-accu's worden vanwege internationale transportvoorschriften gedeeltelijk geladen geleverd. Om het volledige vermogen van de accu te waarborgen, laadt u vóór het eerste gebruik de accu volledig op.
Voor het plaatsen van de geladen accu (15) deze in de accuschacht (10) schuiven, tot deze voelbaar vergrendelt.
Voor het verwijderen van de accu (15) op de ontgrendelingsknoppen (13) drukken en de accu uit de accuschacht (10) trekken. Gebruik daarbij geen geweld.
Voor het gebruik van het meetgereedschap wordt het gebruik van alkali-mangaanbatterijen aanbevolen.
De batterijen worden in de batterij-adapter geplaatst.
- De batterij-adapter is uitsluitend bedoeld voor het gebruik in de betreffende Bosch-meetgereedschappen en mag niet bij elektrische gereedschappen worden gebruikt.
Voor het plaatsen van de batterijen de huls (11) van de batterijadapter in de accuschacht (10) schuiven. Plaats de batterijen volgens de afbeelding op de afsluitkap (14) in de huls. Schuif de afsluitkap over de huls tot deze voelbaar vastklikt.
Voor het verwijderen van de batterijen (12) drukken op de ontgrendelingsknoppen (13) van de afsluitkap (14) en de afsluitkap eraf treken. Let er hierbij op dat de batterijen er niet uitvallen. Hierbij het meetgereedschap met de accuschacht (10) naar boven gericht houden. Verwijder de batterijen. Om de binnenliggende huls (11) uit de accuschacht te verwijderen, de huls vastpakken en deze met een lichte druk op de zijwand uit het meetgereedschap trekken.
Vervang altijd alle batterijen tegelijk. Gebruik alleen batterijen van één fabrikant en met dezelfde capaciteit.
- Haal de batterijen uit het meetgereedschap, wanneer u dit langere tijd niet gebruikt. De batterijen kunnen bij een langere periode van opslag in het meetgereedschap corroderen en zichzelf ontladen.
De oplaadaanduiding (2) geeft de laadtoestand van de accu of van de batterijen aan:
LED | Oplaadtoestand |
---|---|
Permanent licht groen | 100–75 % |
Permanent licht geel | 75–35 % |
Permanent licht rood | 35–10 % |
Geen licht |
|
Als de accu of de batterijen zwak worden, dan wordt de helderheid van de laserlijnen langzaam minder.
Verwissel een defecte accu of lege batterijen onmiddellijk.
Het meetgereedschap is uitgerust met een knoopcel (21), zodat datum en tijd voor de functie CAL guard ook zonder geplaatste accu of geplaatste batterijen kunnen worden opgeslagen.
Om de knoopcel te vervangen, verwijdert u de accu of de complete batterijadapter.
Trek de knoopcelhouder (22) uit de knoopcelschacht (23). Verwijder de lege knoopcel (21) en plaats een nieuwe knoopcel. Let er hierbij op dat de polen juist worden geplaatst volgens de afbeelding op de knoopcelhouder (de pluspool van de knoopcel moet naar boven wijzen).
Schuif de knoopcelhouder (22) met geplaatste knoopcel in de schacht (23). Let erop dat de knoopcelhouder correct en volledig is ingeschoven, omdat anders de bescherming tegen stof en spatwater niet meer gewaarborgd is.
Verwijder vóór de eerste ingebruikname de beschermfolie van de knoopcel (21). Ga hiervoor te werk zoals bij het vervangen van de knoopcel.