Aanwijzingen voor ‌werkzaamheden

Met de parkeerschoen (32) kan het elektrische gereedschap direct na het werken worden weggezet zonder dat er een gevaar bestaat voor beschadiging van werkstuk of schaafmes. Tijdens het werken wordt de parkeerschoen (32) omhooggezwenkt en wordt het achterste deel van de schaafzool (11) vrijgegeven.

Aanwijzing: De parkeerschoen (32) mag niet gedemonteerd worden.

Stel de gewenste spaandiepte in en zet het elektrische gereedschap met het voorste deel van de schaafzool (11) tegen het werkstuk.

  • Beweeg het elektrische gereedschap alleen ingeschakeld naar het werkstuk. Anders bestaat er gevaar voor een terugslag, wanneer het inzetgereedschap in het werkstuk vasthaakt.

Schakel het elektrische gereedschap in en geleid het met gelijkmatige aandrukkracht naar de te bewerken plaats.

Werk slechts met geringe aandrukkracht en oefen druk uit in het midden van de schaafzool om hoogwaardige oppervlakken te vervaardigen.

Stel slechts een geringe spaandiepte in en beperk eventueel de aandrukkracht bij het bewerken van harde materialen zoals hardhout en bij benutting van de maximale schaafbreedte.

Te grote aandrukkracht vermindert de kwaliteit van het oppervlak en kan tot snelle verstopping van de spaanafvoer leiden.

Alleen scherpe schaafmessen zorgen voor een goede afnamecapaciteit en ontzien het elektrische gereedschap.

De geïntegreerde parkeerschoen (32) maakt ook het voortzetten van het schaven na onderbreking op een willekeurige plek op het werkstuk mogelijk:

  • Plaats het elektrische gereedschap met omlaag geklapte parkeerschoen op de plaats van het werkstuk waar u verder wilt werken.
  • Schakel het elektrische gereedschap in.
  • Verplaats de oplegdruk naar de voorste schaafzool en schuif het elektrische gereedschap langzaam naar voren (➊). Daarbij wordt de parkeerschoen naar boven weggezwenkt (➋), zodat het achterste deel van de schaalzool weer tegen het werkstuk zit.
  • Geleid het elektrische gereedschap met gelijkmatige aandrukkracht over het te bewerken oppervlak (➌).

Met de V-groeven in het midden van het voorste gedeelte van de schaafzool kunt u werkstukranden snel en gemakkelijk afschuinen. Gebruik de juiste V-groef afhankelijk van de gewenste afschuinbreedte. Plaats de schaafmachine daarvoor met de V-groef op de werkstukrand en beweeg de machine langs de rand.

Gebruikte groef

Maat a (mm)

geen

0–2,5

klein

1,5–4,0

medium

2,0–4,5

groot

3,0–5,5

Monteer de parallelgeleider (24) met de bevestigingsschroef (27) op het elektrische gereedschap. Monteer afhankelijk van het gebruik de sponningdiepte-aanslag (31) met de bevestigingsschroef (30) op het elektrische gereedschap.

Draai de vastzetmoer (26) los en stel de gewenste sponningbreedte op de verdeelschaal (25) in. Draai de vastzetmoer (26) weer vast.

Stel de gewenste sponningdiepte dienovereenkomstig met de sponningdiepte-aanslag (31) in.

Voer de schaafbewerking enkele keren uit tot de gewenste sponningdiepte bereikt is. Beweeg de schaafmachine met zijwaartse aandrukkracht.