Aanwijzingen voor werkzaamheden
- Neem de accu vóór alle werkzaamheden aan het elektrische gereedschap (bijv. onderhoud, wisselen van accessoires, enz.) uit het elektrische gereedschap. Bij per ongeluk bedienen van de aan/uit-schakelaar bestaat gevaar voor letsel.
Controleer altijd vóór aanvang van het werk of de veiligheids- en activeringsvoorzieningen correct functioneren en of alle schroeven en moeren stevig vastzitten.
Koppel een defect of niet correct werkend elektrisch gereedschap direct los van de energietoevoer en neem contact op met een erkende Bosch -klantenservicewerkplaats.
Voer geen ongeoorloofde manipulaties bij het elektrische gereedschap uit. Demonteer of blokkeer geen onderdelen van het elektrische gereedschap. Voer geen „noodreparaties“ met ongeschikte middelen uit.
Vermijd elke verzwakking en beschadiging van het elektrische gereedschap, bijv. door:
- inslaan of ingraveren;
- reconstructiemaatregelen die door de fabrikant niet toegestaan zijn;
- laten vallen op of schuiven over de grond;
- gebruiken als een hamer;
- elke wijze van geweldsinwerking.
Schakel het elektrische gereedschap bij langere werkpauzes of aan het einde van de werkdag uit, verwijder de accu en maak indien mogelijk het magazijn leeg.
Neem bij de bevestigingen goed nota van de richtlijnen van de fabrikant van de te bevestigen materialen evenals van de bouwplannen van de gebouwen.
Controleer wat zich onder of achter uw werkstuk bevindt. Schiet geen spijkers in muren, plafonds of vloeren wanneer zich daarachter personen bevinden. De spijkers zouden door de ondergrond kunnen slaan en iemand kunnen verwonden.
De spijkers moeten altijd haaks in de ondergrond worden geslagen.
Schiet geen spijker op een reeds ingeslagen spijker. Daarbij kan de spijker vervormen, de spijkers kunnen klem komen zitten of het elektrische gereedschap kan zich ongecontroleerd bewegen.
Controleer of de spijkers correct ingezet werden. Voor een betrouwbare bevestiging mogen ze noch te hoog noch te laag zitten of verbogen zijn.
GNB 18V‑40: Controleer bij het aanbrengen van bevestigingselementen eveneens, of de spijkers correct zijn ingedreven.
Als beton door mislukte inslagbewerkingen wordt beschadigd, moet dit overeenkomstig erkende voorschriften worden gerepareerd.
De volgende informatie vindt u in de documentatie van de Bosch -spijkers op
http://www.bosch-pt.com:
- Afstand spijkerkop hNHS
- Effectieve verankeringslengte hef
- Minimale dikte van het betonelement h
- Minimale afstand tussen twee spijkers smin
- Minimale randafstand cmin
- Aanbevolen belastingen
U kunt met het elektrische gereedschap afzonderlijke bevestigingselementen van kunststof of staal op de ondergrond aanbrengen.
Voorbeelden van bevestigingselementen:
Bestelnummer | Beschrijving | |
|---|---|---|
| 1 600 A03 2G6 | Pijpklem 16 mm |
1 600 A03 2G7 | Pijpklem 20 mm | |
1 600 A03 2G8 | Pijpklem 25 mm | |
1 600 A03 2G9 | Pijpklem 32 mm | |
1 600 A03 2GA | Pijpklem 40 mm | |
| 1 600 A03 2GB | Kabelbeugel (eenzijdig) voor 8 kabels |
| 1 600 A03 2GC | Kabelbeugel (dubbelzijdig) voor 16 kabels |
| 1 600 A03 2GD | Kabelsteun voor 20 kabels |
1 600 A03 2GE | Kabelsteun voor 40 kabels | |
| 1 600 A03 2GF | Kabelbindersteun |
| 1 600 A03 2GG | Kabelbinder 8 - 32 mm |
1 600 A03 2GH | Kabelbinder 16 - 63 mm |
Het complete aanbod van Bosch-bevestigingselementen vindt u op www.bosch-pt.com.
- Gebruik uitsluitend bevestigingselementen die door Bosch worden aanbevolen voor uw elektrische gereedschap. Het gebruik van ongeoorloofde bevestigingselementen kan het elektrische gereedschap beschadigen en letsel veroorzaken.
Voor bevestigingselementen van kunststof brengt u het smalle contactelement (23) aan (zie afbeelding E).
Voor bevestigingselementen van staal brengt u het standaard-contactelement (17) aan (zie afbeelding F). Schuif de magneetring (24) zijdelings over de punt van het contactelement en laat deze vergrendelen.
Plaats een bevestigingselement met de desbetreffende spijkerdoorlaatopening op het contactelement (23) resp. de magneetring (24).
- Breng altijd slechts één enkel bevestigingselement aan. Meerdere elementen op elkaar kunnen tot letsel of beschadigingen leiden.
- Houd de handen bij het aanbrengen van het bevestigingselement altijd zijdelings van de monding. Richt de monding altijd van u of andere personen af. Druk het contactelement niet naar binnen. Houd uw vingers weg van de activeringsknop. Door onverwacht activeren kan een spijker vrijkomen, wat tot verwondingen of beschadiging van het elektrische gereedschap kan leiden.
Druk het contactelement met aangebracht bevestigingselement op de ondergrond. Activeer de inslagbewerking zoals gebruikelijk.
Stel de inslagdiepte met de schakelaar diepteaanslag (20) zodanig in dat de correcte waarde voor de afstand spijkerkop hNHS wordt bereikt.
Spijker te diep: duw de schakelaar diepteaanslag (20) naar rechts.
Als de spijkers er nog steeds te diep worden ingeslagen, gebruik dan langere spijkers.
Spijker niet diep genoeg: duw de schakelaar diepteaanslag (20) naar links.
Als de spijkers er nog steeds niet diep genoeg worden ingeslagen, gebruik dan kortere spijkers.
Verwijder blokkeringen, wanneer de statusaanduiding (2) rood of oranje oplicht of wanneer de spijkers er niet meer correct worden ingeslagen.
- Verwijder de accu (10). Maak het magazijn (12) leeg en neem dit weg. Verwijder het contactelement (17).
- Controleer het magazijn (12) en verwijder vuil, resten en vreemde voorwerpen.
- Controleer het contactelement (17) en verwijder spijkers, spijkersplinters, resten of vreemde voorwerpen met de doorslagpen (21). Let erop dat u hierbij het contactelement niet beschadigt.
- Plaats achtereenvolgens contactelement (17), magazijn (12) en accu (10) weer.
- Druk op de toets (15) op de magazijnschuif (14) en schuif deze in de richting van de magazijnopening tot deze vastklikt.
- Schakel het elektrische gereedschap in.
- Druk 5 s lang op de toets Reset (4), totdat de status-aanduiding (2) gaat knipperen.
- Duw het contactelement (17) tegen een houtblok o.i.d. en druk op de activeringsknop (6). Daardoor kan de motor de slagstempel in de juiste positie bewegen.
- Als nog een fout werd vastgesteld, keert het elektrische gereedschap niet terug naar de normale modus, maar verschijnt de verdere fout op de statusaanduiding (2).
Met de ophanghaak (25) kunt u het uitgeschakelde elektrische gereedschap aan een geschikte ophangvoorziening bevestigen.
Schroef de ophanghaak (25) met de meegeleverde schroef aan de behuizing van het elektrische gereedschap (zie afbeelding G).
- Controleer de ophanghaak (25) op eventuele beschadigingen of vervormingen.
Gebruik de ophanghaak (25) niet, wanneer deze beschadigd, vervormd of niet meer vast aan het elektrische gereedschap bevestigd is. - Hang het elektrische gereedschap met de ophanghaak (25) aan een stabiele ophangvoorziening.
Om beschadigingen of letsel te vermijden, mag de ophangvoorziening niet boven looppaden of directe werkbereiken aangebracht zijn.
De ophanghaak is uitsluitend voorzien voor het ophangen van het elektrische gereedschap inclusief gemonteerde accessoires.
- Gebruik nooit de ophanghaak als valbeveiligingsmiddel.
Schakel het elektrische gereedschap voor het transporteren uit, vooral wanneer u ladders gebruikt of zich in een niet vertrouwde lichaamshouding verplaatst.
Vergrendel de activeringsknop met de ontgrendelingsschakelaar (5). Draag het elektrische gereedschap op de werkplek uitsluitend aan de handgreep (7) en niet met ingedrukte activeringsknop (6).