Onderhoud en reiniging
- Trek vóór werkzaamheden aan het elektrische gereedschap altijd de stekker uit het stopcontact.
- Houd het elektrische gereedschap en de ventilatieopeningen altijd schoon om goed en veilig te werken.
Wanneer een vervanging van de aansluitkabel noodzakelijk is, dan moet dit door Bosch of een geautoriseerde klantenservice voor elektrische gereedschappen van Bosch worden uitgevoerd om veiligheidsrisico's te vermijden.
ca. 8 uur voordat het elektrische gereedschap als gevolg van versleten koolborstels wordt uitgeschakeld, gaat de indicatie koolborstelwissel (14) rood branden. U kunt het elektrische gereedschap tot het uitschakelen blijven gebruiken.
Stuur het elektrische gereedschap naar de Bosch-klantenservice; voor adressen, zie paragraaf "Klantenservice en gebruiksadvies".
Vervang nooit maar één koolborstel!
Aanwijzing: Gebruik alleen koolborstels die van Bosch zijn betrokken en geschikt zijn voor uw product.
- Maak de afdekkap (1) met een geschikte schroevendraaier los.
- Vervang de onder veerdruk staande koolborstels en schroef de afdekkap weer vast.
Als het elektrische gereedschap bij het boren sterk trilt of er een spleet bij de geleiderail zichtbaar is, dan moet de breedte van de geleiderailspleet worden ingesteld. Dit verhindert het afbreken van de inzetgereedschappen en een beschadiging van het elektrische gereedschap.
- Trek de netstekker uit het stopcontact, verwijder inzetgereedschappen en koelmiddelsysteem en plaats het elektrische gereedschap op een stevige, vlakke en horizontale ondergrond.
- Draai de booreenheid (46) met de handkruk (4) zo ver omhoog tot de uitsparing zich boven de bovenste schroef (47) bevindt .
- Draai de bovenste schroef (47) van de linker geleiderail met de binnenzeskantsleutel (4 mm) (25) los.
- Draai de booreenheid (46) met de handkruk (4) helemaal omhoog.
- Draai de 3 onderste schroeven (47) van de linker geleiderail met de binnenzeskantsleutel (4 mm) (25) los.
- Draai de 4 schroeven (48) met de binnenzeskantsleutel (3 mm) (25) vast en draai tegelijkertijd de booreenheid (46) met de handkruk (4) omhoog en omlaag. Stel hierbij de gewenste aandrukkracht in.
- Draai de booreenheid helemaal omhoog en draai de 3 onderste schroeven (47) van de linker geleiderail met de binnenzeskantsleutel (4 mm) (25) vast.
- Draai de booreenheid helemaal omlaag en draai de bovenste schroef (47) van de linker geleiderail met de binnenzeskantsleutel (4 mm) (25) vast.
Voor het waarborgen van nauwkeurige boorgaten moet u na intensief gebruik de laserstralen controleren en eventueel opnieuw instellen.
- Voor het inschakelen van de laser drukt u de aan/uit-schakelaar laser (7) in positie "I".
- Schroef de laserafdekking (49) eraf.
- Draai de schroeven van de bevestigingsklemmen (51) iets losser.
- Beweeg het laserkruis naar rechts of links door de schroef (52) in de betreffende richting te draaien.
- Beweeg het laserkruis naar het inzetgereedschap toe of van het inzetgereedschap weg door de schroef (53) in de betreffende richting te draaien.
- Draai de schroeven van de bevestigingsklemmen (51) weer vast.
- Schroef de laserafdekking (49) weer vast.