Aanwijzingen voor ‌werkzaamheden

  • Gebruik nooit doorslijpschijven voor afbraamwerkzaamheden.

Met een aanzethoek van 30° tot 40° krijgt u bij afbraamwerkzaamheden het beste resultaat. Beweeg het elektrische gereedschap met matige druk heen en weer. Daardoor wordt het werkstuk niet te heet, verkleurt het niet en zijn er geen groeven.

  • Gebruik bij het slijpen met de lamellenschuurschijf altijd de beschermkap voor slijpen (10).

Met de lamellenschuurschijf (accessoire) kunt u ook gebogen oppervlakken en profielen bewerken. Lamellenschuurschijven hebben een aanzienlijk langere levensduur, geringer geluidsniveau en lagere slijptemperaturen dan gewone slijpschijven.

  • Monteer voor het werken met het rubber schuurplateau (19) altijd de handbescherming (18).

Het slijpen met schuurplateau kan zonder beschermkap gebeuren.

De volgorde van de montage is te zien op de pagina met afbeeldingen.

  • Gebruik bij het borstelen met schijfborstels altijd de beschermkap voor slijpen (10). Het borstelen met komstaalborstels/kegelborstels kan zonder beschermkap gebeuren.
  • Monteer voor het werken met de komstaalborstel of kegelborstel altijd de handbescherming (18).
  • De draden van de schijfborstels kunnen gaan vastzitten in de beschermkap en openbreken, als de maximaal toegestane afmetingen van de schijfborstels worden overschreden.

De volgorde van de montage is te zien op de pagina met afbeeldingen.

  • Gebruik bij het doorslijpen met gebonden slijpmiddelen altijd de beschermkap voor doorslijpen (11).

Werk bij het doorslijpen met matige, aan het te bewerken materiaal aangepaste voeding. Oefen geen druk op de doorslijpschijf uit, kantel of oscilleer niet.

Rem uitlopende doorslijpschijven niet af door zijdelingse tegendruk uit te oefenen.

Het elektrische gereedschap moet altijd in tegenloop worden geleid. Anders bestaat het gevaar dat het ongecontroleerd uit de groef wordt gedrukt.

Bij het doorslijpen van profielen en vierkantbuizen zet u het beste bij de kleinste doorsnede aan.

  • Zorg bij het doorslijpen van steen voor voldoende stofafzuiging.
  • Draag een stofmasker.
  • Het elektrische gereedschap mag alleen voor droog snijden/slijpen worden gebruikt.

Voor het doorslijpen van steen kunt u het beste een diamantdoorslijpschijf gebruiken.

Bij het gebruik van de stofafzuigkap voor doorslijpen met geleidebeugels (25) moet de stofzuiger voor het afzuigen van steenstof goedgekeurd zijn. Bosch biedt geschikte stofzuigers aan.

Schakel het elektrische gereedschap in en plaats het met het voorste deel van de geleidebeugel op het werkstuk. Duw het elektrische gereedschap met matige, aan het te bewerken materiaal aangepaste voorwaartse beweging.

Bij het doorslijpen van zeer harde materialen, bijv. beton met een hoog kiezelgehalte, kan de diamantdoorslijpschijf oververhit raken en daardoor beschadigd worden. Dit is duidelijk te zien aan een met de diamantdoorslijpschijf rondlopende vonkenregen.

Onderbreek in dit geval het doorslijpen en laat de diamantdoorslijpschijf onbelast met het hoogste toerental korte tijd draaien om deze af te koelen.

Een merkbaar minder wordende bewerkingssnelheid en een rondlopende vonkenregen zijn aanwijzingen voor een bot geworden diamantdoorslijpschijf. U kunt deze weer slijpen door kort werken in abrasief materiaal, bijv. kalkzandsteen.

  • Gebruik bij het doorslijpen van materialen als kunststof, samengestelde materialen enz. met gebonden doorslijpschijven of Carbide Multi Wheel-doorslijpschijven altijd de beschermkap voor doorslijpen (11). Door het gebruik van de afzuigkap met geleidebeugels (25) bereikt u een betere stofafzuiging.

  • Gebruik uitsluitend diamantboorkronen voor droog boren.
  • Monteer voor het werken met diamantboorkronen altijd de handbescherming (18).

Plaats de diamantboorkroon niet parallel op het werkstuk. Duik schuin en met ronddraaiende bewegingen in het werkstuk. Op deze manier bereikt u een optimale koeling en een langere gebruiksduur van de diamantboorkroon.

Sleuven in dragende muren vallen onder landspecifieke regelingen. Deze voorschriften moeten absoluut worden nageleefd. Raadpleeg vóór aanvang van het werk de verantwoordelijke bouwkundige ingenieur, architect of de bevoegde leiding van de bouw.